Monday, April 7, 2008

Door County

Lake Michigan is een grote plas zoet water waar de Noordzee wel een paar keer in past, en in deze tijd van het jaar zijn de uitlopers ervan nog helemaal bevroren. Hier, tussen de slaperige dorpjes van Egg Harbor en Fish Creek, zakt de avondzon niet in zee maar smelt hij weg in een eindeloze horizon van ijs. Zo zal het er op de Noordpool ook wel uitzien - en op Wisconsin's schiereiland Door County is het ook een soort Noordpool: de straten zijn recht en verlaten, de bomen nog kaal en dor, de mensen bleek en goedhartig.


Niet al te lang geleden liep hier de uiterste westelijke grens van de VS, de frontlinie waarachter de laatste Indianenstammen een veilig heenkomen zochten voor de oprukkende beschaving. Tocqueville nam in 1831 de moeite om een kijkje te nemen in deze uithoek van de bewoonde wereld en dronk er een glas met een van de plaatselijke cavaleristen in het fort van Green Bay. Smakelijk vertelde deze "Majoor H." de jonge Fransman over een Indiaan die, schoolgegaan in New England en in alles een gentleman, met de Amerikanen had meegevochten tegen de Engelse overheersers, maar toch zijn ware aard niet altijd kon verbloemen: gezeten bij het kampvuur na een gewonnen veldslag sloeg de Indiaan besmuikt zijn jas open, en toonde de Majoor zijn oorlogstrofee. "And I actually beheld," said Major H., "between his coat an his shirt, the scalp of an Englishman still dripping with blood".

Anno 2008 verraden de druilerige wegen en slaperige suburbs rondom Green Bay niets van dit bloederige verleden. Het gebied is nog steeds in handen van de plaatselijke Oneida-Indianen, maar die zoeken hun heil nu in prozaïscher zaken: de Soevereine Oneina Natie, zoals het reservaat officiëel heet, is vooral bekend om zijn casino's en gokpaleizen. Verder, dieper in het drassige boerenland van Wisconsin, heeft het verleden wel stilgestaan, althans voor sommigen. Bij de eerste gitzwarte koets op de weg denken we nog aan een grap of een rare freak, maar al snel volgen er meer, inclusief bordjes die waarschuwen voor, wat anders, langzaam rijdend en stilstaand koetsen-verkeer. Plotseling wordt het duidelijk. We zitten midden tussen de Amish!


'S avonds aan de boorden van Lake Michigan goddank geen negentiende-eeuwse snuisterijen maar een gemoedelijk dorpscafé weggelopen uit de jaren vijftig. We slapen in het belendende motel, en de innemende barvrouw is trots op haar zelfgemaakte kippensoep en gepaneerde bloemkool-frituur. Ze wil weten waar we vandaan komen, wat we studeren, wat de toekomst brengen zal - en zegt dan plotseling dat ze zich zelf zo'n zorgen maakt om het Midden-Oosten. Ik aarzel: wat zou er volgen, een tirade tegen moslims? Maar nee, ze doelt op de oorlog, die al teveel geld heeft gekost, teveel levens. "It's about time to get our troops home", zegt ze. Iets later komt er een forse dorpsgenoot binnen, met de letters NAVY prominent op z'n trui. Een reservist, een veteraan misschien? Hij schuift aan aan de bar, bestelt een groot glas bier, en wendt de blik naar de twee tv-schermen - prominent aanwezig in ieder Amerikaans café, van dorpskroeg tot yuppenlounge. Op de treurbuis de ontknoping van het basketball seizoen, en in de studio wordt het commentaar verzorgd door een speciale gast: George W. Bush. Wat zou de barvrouw ervan denken? Life is all about priorities?

No comments: